#2 Eindelijk is hij genomineerd voor een MIA
Over Kendrick Lamar en een nieuwe Vlaamse muziekprijs
De genomineerden voor de MIA’s zijn bekend, of zoals ik ze noem: de Grote Prijs Pommelien Thijs. Over haar, Glints en de andere favorieten leest u meer op een nieuwssite naar keuze, hier wil ik het over een paar andere dingen hebben.
De categorie ‘Doorbraak’ bijvoorbeeld, met Bolis Pupul, Glintsal, Maksim, Meltheads en Omdat Het Kan & Average Rob. Fijn lijstje, allemaal met hun verdienste, en vooral interessant hoe iedereen op zijn manier ‘doorbreekt’. Meltheads bracht dit jaar zijn debuut uit, Bolis Pupul zijn eerste plaat zonder Charlotte Adigéry. Maksim zit al aan zijn tweede plaat, maar won dit jaar de Zomerhit met Hannah Mae. Glintsal is een nieuw samengesteld project van twee vrienden die allebei apart al lang en breed doorgebroken zijn. En Omdat Het Kan & Average Rob kunnen de klus klaren met één nummer. Het is wel ‘On met la patate’, maar toch.
Lees hier mijn interview met Glintsal (Humo)
Intussen heb ik ook al mogen stemmen voor de sectorcategorieën, en onder het kopje ‘Muzikant’ vinkte ik vol overtuiging drummer Marc Bonne aan. Om je een idee te geven van hoelang de man al meedraait: je hoort hem zowel op ‘Suspicion’ (Toy, 1981) als op ‘Open Window’ (Warhaus, 2022), hij drumde in alle seizoenen van Liefde voor muziek en straks kruipt hij op zijn 66ste nog eens het podium van het Sportpaleis op met Clouseau. Zijn collega en trompettist Jo Hermans, ook genomineerd trouwens, vertelde me onlangs dat Marc zijn snaredrum zo stemt dat ie precies bij het timbre van Koen Wauters past. Zo’n vakmanschap had al lang een MIA moeten krijgen.
Lees hier mijn verhaal over de band van Liefde voor muziek (De Morgen)
Maar natuurlijk draaien de MIA’s niet om Marc Bonne, ze draaien om de artiesten van wie iedereen al weet dat ze populair zijn. Welk nut hebben die prijzen dan nog?
Die vraag klinkt nog iets luider nu Vlaanderen er morgen een muziekprijs bij krijgt: de Album of the Year-award. Daarmee wil de Belgische vereniging voor platenfirma’s (BRMA) een plaat belonen die dit jaar onder de radar is gebleven. De winnaar wordt gekozen door een vakjury en krijgt tienduizend euro.
Ik schreef voor De Morgen een stuk over Album of the Year en vond meteen een adder onder het gras: je kan enkel winnen als je label is aangesloten bij de BRMA. Dus niet als je plaat op een kleiner label is uitgebracht en ook niet als je op een buitenlands label zit, zoals Brutus bij het Britse Hassle Records of Tamino bij Communion.
Lees hier mijn analyse over Album of the Year (De Morgen)
Dat prijzencircus is soms ook een storm in een glas water, zegt Tony Vandenbogaerde van Mayway Records in dat stuk, en hij heeft gelijk. Maar laat ons toch verstandig omgaan met de MIA’s. Uiteindelijk zijn ze op minstens één manier nuttig, als tv-show waar Vlaamse muzikanten nog live kunnen uitpakken met hun eigen muziek. Mocht de VRT er ooit mee stoppen, rest ons enkel nog De zevende dag.
Ik heb geen bruggetje naar Kendrick Lamar, maar we moeten het toch even hebben over zijn verrassingsplaat ‘GNX’. Wat ik fascinerend vind aan die onverwachte platen, is de stoet aan recensies die daar heel snel op volgt. Als in: hoe kun je zo snel schrijven en toch zo diep in een album duiken? Dit zijn mijn favoriete stukken van de voorbije dagen:
Humo: ‘Als Kendrick boeken schreef, waren de meeste van zijn releases prachtige manuscripten, door geduldige monniken geletterd, geïllustreerd en gebonden. ‘GNX’ is eerder een goeie Stephen King-softcover die je meepikt op de luchthaven.’
Stereogum: ‘Two songs into GNX, I knew I was hearing a classic album. Six songs in, I knew I was hearing a historic moment.’
The Guardian: ‘Employing Jack Antonoff (…) is both a swaggering move and risk: the former because Antonoff is one of the hottest producers in the world, the latter because he has virtually no form in the field of hip-hop.’
The New York Times: ‘It all makes “GNX” less a coherent statement of purpose than a collection of approaches, a burning off of loose energy before something much more focused and contemplative. Call it the storm before the quiet.’
Lees verder onder de foto.
5 + 1 gratis
Bug & Viccens - ‘Lastpak’: lekker kwaaie protestpunk met een geut drum-’n-bass. Het zoveelste bewijs dat Nederlanders harder en dus beter tegen schenen kunnen schoppen dan Belgen.
Coilguns - ‘Placeholders’: Zwitserse punkband die ik op basis van een promomail onwetend aanklikte, maar waar ik met rasse schreden fan van aan het worden ben.
Devandra Banhart, Blake Mills & Beverly Glenn-Copeland - ‘You Don’t Know Me’: hoogtepunt op ‘TRANSA’, een compilatie van 46 (!) nummers die hulporganisatie Red Hot vrijdag uitbracht om de aandacht te vestigen op rechten voor trans personen.
If Anything Happens to the Cat - ‘Raven Steals The Light’: onderschatte indie uit Gent, sinds kort weer op Spotify nadat de Zweden hen maandenlang om allerlei schimmige redenen hadden geweerd.
Ka - ‘Such Devotion’: pas overleden rapper uit New York die ik leerde kennen dankzij het fantastische in memoriam dat collega Vincent Van Peer over hem schreef in Humo. Zijn gruizige sound is niet altijd de mijne, maar voor wie zoekt, zit zijn oeuvre vol prachtigs.
En om te eindigen theater, want twee weken geleden zat ik op het podium van de Bourla voor de première van [meeuw] van Toneelhuis, Olympique Dramatique en theater arsenaal.
Lees verder onder de foto.
© Kurt Van der Elst
Tsjechov, denkt de kenner dan. En jazeker Tsjechov, maar niet zoals u hem gewend bent. In [meeuw] spelen namelijk dove en horende acteurs naast elkaar, in gebarentaal. Hun spel, samen met de boventitels en de spaarzame soundtrack, vormen de Russische klassieker om tot een prachtig verhaal over taal, communicatie, hoe je met weinig woorden soms ongelooflijk veel zeggen kan en hoe diezelfde woorden soms niet genoeg zijn. Info en tickets? Info en tickets!
Hartelijks,
Jasper